Mevrouw Daratolona is 70 jaar. Samen met haar man woont ze in een klein dorpje, tientallen kilometers van de stad Palu. Om te kunnen overleven moet ze twee keer per week naar de stad, maar daar is de kans om besmet te raken enorm groot.
Help mee om een stille ramp te voorkomen. Geef ook!
Haar man gaat elke dag in het bos op zoek naar producten om te verkopen, zoals rotan. Daratolana gaat elke woensdag en zaterdag naar de markt in Palu om dit te verkopen. Hiervoor moet ze eerst 5 kilometer lopen met de rotan op haar rug om daarna met het openbaar vervoer naar de markt te gaan. Zij kan twee bundels rotan per keer meenemen. Ze krijgt hierdoor bijna geen inkomsten, maar dit is alles wat ze kan doen om elke dag te overleven.
Onwetendheid
“Ik wist niet wat COVID-19 was. Ik ben nooit naar school geweest, dus ik weet erg weinig”, zegt ze verdrietig. Maar een van de hulpverleners heeft haar uitgelegd dat het een virus is en hoe gevaarlijk het kan zijn. Speciaal voor haar en haar man, omdat ze arm en oud zijn. Mevrouw Daratolona ontmoet altijd veel mensen onderweg en op de markt. Hierdoor zou ze snel besmet kunnen raken.
Levensbelang
“Gelukkig hebben ze mij geadviseerd om thuis te blijven en krijg ik financiële ondersteuning om rijst, vis en wat ander eten te kunnen kopen, zonder dat ik naar de markt hoef te gaan. Dat laatste is van levensbelang, omdat ik anders geen eten kan kopen…”
Op dit moment zijn er veel ouderen, net als mevrouw Daratolona, die op markten of als straatverkopers moeten blijven werken voor hun eten. Ze zijn nog steeds aan het overleven, na de tsunami in 2018. Ze zijn niet alleen arm, maar ook oud en kwetsbaar. Een risicogroep voor het virus, met de ergste gevolgen. Er wordt gekeken hoe deze groep zoveel mogelijk thuis kan blijven door financiële ondersteuning. En samen met voorlichting dit virus hopelijk kunnen overleven.