Blij, verdrietig en verbaasd!
Alle studenten zijn in juli en augustus op stage geweest. Voor het eerst weer sinds Covid. Studenten die in de stad zijn opgegroeid worden naar een afgelegen dorp gestuurd en echte ‘plattelanders’ naar een grote stad. Tijdens de stage doen de studenten vooral veel huisbezoeken. Weer terug in de klas kwamen er veel verhalen los, mooie en pijnlijke.
Drie vellen
De eerste keer dat we weer als mentorklas bij elkaar kwamen – ik heb de tweedejaars – deelden de studenten hun ervaringen. Ik had drie vellen papier opgehangen, een met een blij, een met een verdrietig en een met een verbaasd gezichtje. De studenten kregen allemaal drie papiertjes waar ze hun ervaringen op konden schrijven. Die papiertjes hingen ze vervolgens bij de juiste gezichtsuitdrukking.
BLIJ
“Ik was blij dat ik hartelijk werd ontvangen en veel verschillende mensen kon ontmoeten. Gemeenteleden stonden open voor mij en vertelden hun ervaringen. Ik werd ook uitgenodigd om een praatje te houden bij de vrouwengroep. De gemeenteleden waren heel aardig. Een man van 96 deelde zijn levensverhaal met mij.”
VERDRIETIG
“Ik vond het verdrietig dat mensen zover van de kerk wonen en enorme afstanden moeten lopen. Er is armoede, ook waren er veel weduwes in de gemeente. Ik had veel begrafenissen, ook van jonge mensen. Ik moest ver fietsen van het ene dorp naar het andere, mijn schoenen gingen kapot! Er was een conflict in de kerkenraad. Mensen dachten dat ik hun probleem kon oplossen, maar dat kon ik niet.”
“Ik moest ver fietsen van het ene dorp naar het andere, mijn schoenen gingen kapot! ”
VERBAASD
“Ik was verbaasd en zelfs bang toen op een begrafenis de chief boos was dat de kerk hem niet voldoende respect had betoond. De kerk moet daar echt de traditie respecteren anders komen er grote problemen. Ik vroeg me af wat ik moest zeggen in een gezin dat gerund werd door een grootmoeder en een meisje van 12; de moeder en de andere kinderen in het gezin waren allemaal ‘mad’. Ik was verbaasd dat ik een groot afscheidscadeau kreeg!”
Stof genoeg
We hadden lang niet genoeg aan een uur. Dus gebruikten we ook het tweede mentoruur om ervaringen te delen en alles aan God op te dragen. Anders dan in Nederland is in opleidingen in Zambia niet veel aandacht voor persoonlijke reflectie op je werk. Studenten hoeven geen stageverslag te schrijven of persoonlijke leerdoelen te formuleren. Verder wordt het delen van negatieve of moeilijke ervaringen gauw opgevat als zwakte of klagen. Daarom maak ik daar tijdens het mentoruur bewust ruimte voor. Samen hebben we onderwerpen voor de komende tijd bedacht. Er is nog stof genoeg om de komende mentorklassen over door te praten!