Groeiende vraag naar Bijbels: Gods Woord geeft hoop in Golfregio
Wat we hen komen brengen? Hoop!' Directeur Hrayr Jebejian van het Bijbelgenootschap in de Golf spreekt over de gastarbeiders in de zeven landen in de Arabische Golf. Ze leven vaak onder ellendige omstandigheden. Het migrantenwerk van zijn Bijbelgenootschap wordt gesteund door Kerk in Actie.
Jebejian is al meer dan 20 jaar directeur van het Bijbelgenootschap in de Golf. Het hoofdkantoor van ‘zijn’ bijbelgenootschap staat in Koeweit. “Saoedi-Arabië is compleet gesloten, daar mogen we niets doen,” vertelt hij. “In de andere zes staten is er wel een bepaalde mate van vrijheid. Kerken zijn toegestaan, maar bekeringsactiviteiten zijn verboden, want het zijn islamitische landen.”
Hrayr Jebejian spreekt in een Sri-Lankaanse kerkdienst in Bahrein in 2020
Uitbuiting
De Golfstaten zijn rijk aan olie en gas. Het gemiddelde inkomen behoort er tot de hoogste ter wereld. Dat trekt gastarbeiders aan. In bijvoorbeeld de Verenigde Arabische Emiraten is slechts 10% van de bevolking Arabisch. 90% bestaat uit migrantenwerkers uit meer dan 150 landen. Expats uit rijke landen, die in de Golfstaten werken in de olie-industrie of aan de infrastructuur, maar vooral arbeiders – zo’n 15 miljoen in totaal – uit arme Aziatische of Afrikaanse landen. Ze worden uitgebuit als bouwvakker, fabrieksarbeider of huishoudelijke hulp. Ze verdienen een hongerloontje en wonen in ‘werkkampen’, afgeschermd van de lokale bevolking. Daar leven ze met vijf, zes anderen in kamers van drie bij vier meter.
De ellende en het (seksueel) misbruik maken veel gastarbeiders depressief, verslaafd en wanhopig. Jebejian: “We zien een stijgend aantal zelfmoorden. We zien misbruikte vrouwen die zwanger zijn en hun kind niet willen houden – maar er zijn geen medische voorzieningen. De ellende werd nog erger door corona.”
Nieuw perspectief
Wat doet het Bijbelgenootschap in de Golf daartegen? ‘Kerkelijke vrijwilligers gaan elke dag de werkkampen in om daar te bidden met mensen, een bijbelverhaal te lezen, een bijeenkomst te organiseren of om een Bijbel te geven aan wie er een wil. Want een deel van de migranten is christelijk, bijvoorbeeld uit de Filippijnen, Ethiopië of India. Gods goede nieuws betekent veel voor hen. Zeker, deze mensen hebben naast een Bijbel ook dingen nodig als geld of medische hulp. Maar wij merken dat mensen van binnen veranderen onder invloed van de Bijbel. Ze vertellen ons: ‘We hebben een nieuw leven gekregen’ en praten erover met hun kamergenoten en hun familie. Ze ervaren het als het vinden van een grote schat. We zien mannen die stoppen met drugs en vrouwen die hun lichaam niet meer verkopen – ook al kunnen ze het geld dat ze ermee verdienen, niet missen. Ze hebben een nieuw perspectief. We zien zelfs dat er mensen tot geloof komen en zich laten zich dopen.”
Boycot?
Afgelopen voorjaar bleek dat in Qatar 6.500 arbeiders waren overleden aan de hitte en de erbarmelijke omstandigheden waaronder zij werkten aan de voetbalstadions voor het wereldkampioenschap voetbal (WK) in 2022. Kunnen we dan maar beter dit WK boycotten? Jebejian zucht: “Wat wil je daarmee bereiken? Ik kijk naar de situatie vanuit mijn Bijbelgenootschap. In Qatar is naar schatting 40% van de bevolking christelijk. Qatar was lange tijd een heel gesloten land, maar dat verbeterde onder de vorige emir. Er mochten zelfs kerken gebouwd worden. Nu, onder zijn zoon, is het regime helaas weer strenger geworden. Als kerken in Qatar Bijbels van ons nodig hebben, duurt het maanden voordat we toestemming krijgen. Wie verandering wil, kan beter wél naar Qatar komen en dan aandringen aan op meer vrijheid voor de kerken en voor de Bijbel. Dat is ook wat ik aan andere bijbelgenootschappen heb gevraagd: probeer via diplomatieke druk te bereiken dat er meer vrijheid komt.”
Bijbel als inspiratiebron
Zelf werkt Hrayr Jebejian al meer dan 40 jaar voor de Bijbel. Wat is zijn motivatie om door te gaan? “Een combinatie van ontdekkingen én ervaringen. Mijn Armeense voorouders zijn een eeuw geleden aan de genocide ontsnapt door naar Aleppo te vluchten. Ik ben in Libanon geboren en had graag naar Amerika gewild. Dat lukte niet. Ik maakte de Libanese burgeroorlog mee met alle gevaren van dien. Ik ging werken bij het Libanees Bijbelgenootschap en later bij het Bijbelgenootschap in de Golf. God had kennelijk een plan met mij: ik moest in het Midden-Oosten blijven, hoe moeilijk het daar dat ook is. Bij elke stap die ik deed hielp de Heer mij om niet achterom te kijken, maar vooruit te kijken naar de prijs. Niet naar een Olympische medaille maar naar de prijs die God geeft.”
Jebejian verwijst hiermee naar zijn twee lievelingsteksten. De eerste is Filippenzen: 3:12-14, waar Paulus zegt: ‘Ik beeld me niet in dat ik het al heb bereikt, maar één ding is zeker: ik vergeet wat achter me ligt en richt mij op wat voor me ligt. Ik ga recht op mijn doel af: de hemelse prijs waartoe God mij door Christus Jezus roept.’ De tweede is 2 Timoteüs 4:7, waar Paulus zegt: ‘Ik heb de goede strijd gestreden, de wedloop volbracht, het geloof behouden.’ Jebejian: “Daar komt het op aan: dat we ons geloof behouden!”
Nooit klaar
Wat maakt de Bijbel tot zo’n inspiratiebron? Jebejian: “Er is in deze tijd veel polarisatie in de wereld. Er zijn etnische conflicten en er is veel verdeeldheid. Het lijkt alsof we steeds vaker tegenover elkaar staan. De Bijbel is hét boek dat ons helpt om ons met elkaar te verbinden, elkaar te begrijpen en elkaar te respecteren.”
Het Bijbelgenootschap in de Golf zet zich al heel lang in om arbeidsmigranten een Bijbel te geven en blijft daarmee doorgaan. “Elke keer als wij de werkkampen bezoeken, merken we dat er nieuwe lichtingen arbeiders zijn aangekomen. We zijn dus nooit klaar. Bovendien komen er steeds weer mensen tot geloof; ook zij willen graag een Bijbel.”
Bron: Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap. Interview: Peter Siebe, NBG.
Lees ook: