Kansarme jongeren vooruit helpen in Noord-Ghana
Ezechiël ging pas op zijn 14e jaar naar school en is dolblij met de kans die hij nu krijgt om kleermaker te worden. Thomas Appah coördineert vaktrainingen die de Ghanese kerk jongeren biedt met steun uit Nederland. Waarom vindt zijn kerk dit zo belangrijk?
Een vijfde van de jongeren is werkloos
“Het leven is hier moeilijk”, legt Thomas Appah uit. “In het noorden van Ghana doen we vooral aan landbouw. Door de wisselende regenval hebben boeren niet ieder jaar een goede oogst. Daardoor kunnen ze hun kinderen niet steunen met het onderwijs dat ze zouden willen.” Een vijfde van de jongeren in Noord-Ghana is werkloos. Vaak hebben ze wel middelbaar onderwijs kunnen volgen, maar een verdere opleiding kunnen hun ouders niet betalen. Sommigen trekken naar het zuiden voor werk, maar ook daar liggen de banen niet voor het oprapen. “Veel jongeren missen de benodigde vaardigheden voor officiële banen. Ze eindigen in andere banen dan ze gehoopt hadden, zoals dingen op straat verkopen die ze op hun hoofd moeten dragen. Of ze werken in kleine restaurantjes waar ze moeten afwassen of fufu stampen. En aan het eind van de dag hebben ze maar anderhalve euro”, vertelt Thomas.
Een praktische beroep leren
De Presbyteriaanse Kerk in Noord-Ghana wil jongeren graag een vak leren, om hen uit die werkloosheid te halen. “We willen niet dat ze stilvallen of depressief raken. Als ze goed hun best doen, kunnen ze er geld mee verdienen. We bieden jongeren eerst drie weken een intensieve training. Daarin leren ze over bedrijfsvoering, financiën, administratie, risicomanagement en marketing. Na drie weken theorie gaan ze via stages in de praktijk verder met de vaktraining die ze kiezen.” Varkens leren fokken duurt drie maanden. De jongeren gaan dan twee keer anderhalve maand in de leer bij twee verschillende varkensfokkerijen. Daarna kunnen ze voor zichzelf beginnen. In een half jaar tot een jaar kunnen ze catering leren. Op opleiding in weven of het kappersvak duurt twee tot drie jaar leren. Kleding naaien meestal drie jaar. Houtbewerking vaak vier of vijf jaar.
Snel geld verdienen en startkapitaal
Naast de lange trainingen krijgen jongeren ook wat korte trainingen van een week aangeboden, waarmee ze snel geld kunnen verdienen. Thomas licht toe: “We leren hen hoe ze vloeibare zeep kunnen maken, shampoo, dettol en stukken zeep. En hoe ze met kralen kettingen kunnen maken, armbanden, oorbellen en sandalen versieren. Daarmee kunnen ze al gauw iets verdienen en dit kunnen ze zelfs in de stille uurtjes in een winkel doen. Dat geeft ze direct geld om hun familie te onderhouden. Na twee of drie jaar training, steunen we onze studenten bovendien financieel, zodat ze hun eigen bedrijf kunnen starten.”
Jaarlijks 25 nieuwe jongeren
Thomas Appah coördineert en selecteert jongeren voor de vaktrainingen. Hij krijgt ieder jaar 300 aanvraagformulieren binnen via de kerken van jongeren tussen de 18 en 30 jaar. Per jaar selecteert hij 25 jongeren op basis van hun achtergrond en motivatie. “Als je goed weet uit te leggen wat de uitdagingen zijn in je familie en in je dorp, als je bent verwaarloosd, geen kansen hebt gekregen, dan kom je in aanmerking voor een vaktraining.” licht Thomas toe.
Ezekiël moest vee hoeden
Ezekiël (29) is zo’n jongere: “Ik kom uit een arme familie.” vertelt hij. “Ons gezin leeft van wat we zelf verbouwen. Mijn ouders hebben zes kinderen, ik ben nummer vijf. Ik ging pas op mijn 14e jaar voor het eerst naar school, omdat ik altijd voor de schapen en geiten van mijn opa moest zorgen. Op school lachten ze me uit, omdat ik zoveel ouder was dan de rest. Toch heb ik doorgezet. Ik heb me er niets van aangetrokken. Ik heb nu mijn diploma van de middelbare school, maar er was geen geld om verder te leren. Vorig jaar kreeg ik de kans om kleding te leren maken. Ik koos deze training, omdat ik goed ben in dingen ontwerpen. Ik wilde dit zielsgraag.” Ezekiël draagt vol trots zijn zelfgemaakte kleding (wit met enkele zwarte strepen) en laat foto’s zijn van zijn eerste zelfgemaakte pak. Ezekiël loopt mank. Hij vertelt dat hij op zijn zesde jaar getroffen werd door een onbekende ziekte en vanaf toen mank liep. Zijn grootste droom was destijds om dokter te worden. Daardoor was hij ook zo gemotiveerd om zo hard te leren. Maar nu hij de kans heeft om kleermaker te worden, grijpt hij dat met beide handen aan. Al zit die stille droom om ooit dokter te worden nog wel ergens in zijn hoofd. HIj wil nu eerst zijn vaktraining afronden en geld gaan verdienen. In de stad zijn de meeste klanten, maar het kost veel geld om in de stad te wonen. Pas daarna denkt hij aan een relatie en een eigen gezin. Ezekiël ziet weer een toekomst voor zich.
Geef meer jongeren zoals Ezekiël de kans om een vakopleiding te volgen.
Ja, ik steun een jongere met een vakopleiding